Wanneer planten te scheuren?

Thea van Hoof • 14 september 2018

Vandaag ben ik begonnen met het scheuren van de arnicaplanten. Waarom juist vandaag?


Twee jaar geleden heb ik een proefje gedaan: ik heb een deel van de arnica gescheurd in september, een deel in oktober en een deel in de winter (februari). Ze sloegen allemaal goed aan, maar in het deel dat in februari geplant was, kwamen iets meer bloemen. Conclusie: februari is de beste tijd om de arnica te scheuren. Dit jaar kwam ik er achter dat dat niet altijd opgaat: in februari was de grond bevroren en kon ik niet planten. Daardoor had ik dit jaar aanzienlijk minder arnicaplanten dan de bedoeling was.

Het is geen goed idee om alles op te hangen aan de conclusie uit een klein, éénmalig testje. Voortaan ga ik planten wanneer de omstandigheden goed zijn. Deze week is dat zo: de grond is enigszins vochtig door de regen die er gevallen is, de regenton is vol, volgens de zaaikalender van Maria Thun is het plant-tijd (d.w.z.: de maan beweegt naar de aarde toe, waardoor de sapstroom in de planten naar beneden gericht is. Dit is gunstig voor het bewortelen en aanslaan van planten) en het is bovendien een bloem-dag. En als bonus is het ook nog eens heel aangenaam weer.


“Instinct” speelt ook een rol bij de beslissing om juist nu te gaan planten. Instinct dat gevormd is door vele jaren ervaring in het werken met planten. Ik ken mijn tuin en ik ken mijn planten. Deze planten riepen me als het ware toe: “hoera, het is goed weer en we willen graag groeien. Maar we staan zo krap op elkaar. Geef ons meer ruimte!”


Dat heb ik gedaan. De volle, dichte pollen arnica heb ik opgegraven, losgeschud en uit elkaar gepeuterd. Meestal vielen de pollen vanzelf al uit elkaar in kleinere plantjes; ze waren er echt aan toe! De kleinere plantjes heb ik vervolgens uitgeplant. Nu zijn alle rijen weer goed gevuld en ik heb een heel bed extra. Drie keer achter elkaar flink aangegoten met de gieter (de regenton is weer leeg!), zodat de planten voldoende water hebben om de eerste dagen te overbruggen. Daarna hebben ze, als het goed gaat, weer voldoende nieuwe haarworteltjes gemaakt om vocht uit de bodem te kunnen opnemen.


Ik hield wat planten over. Die heb ik in potgrond in potjes geplant. Morgen sta ik op een markt bij een kwekerij in Wolfheze (de Boschhoeve), waar veel tuinliefhebbers komen. Misschien wil iemand zich wagen aan de teelt van arnica. Wie dit blog regelmatig leest, weet dat het geen gemakkelijke plant is. Maar hij is wel heel mooi als hij bloeit. Misschien kunnen we deze zeldzame, met uitsterven bedreigde plant terug krijgen in de Nederlandse natuur, als hij uit onze tuinen ontsnapt.


door Thea van hoof 17 maart 2025
Er zijn meerdere manieren om van een stuk grond, dat met gras of "on"kruiden begroeid is, een schoon nieuw plant- of zaaibed te maken. Wat ik als meisje van mijn vader leerde was een intensieve, maar ook heel effectieve methode: mest er over uitspreiden en dan twee spaden diep omspitten. Wat je krijgt is schone, onbegroeide grond waar bovendien niet al te veel onkruidzaden inzitten. Je hebt immers de nieuwe bovenlaag flink diep weggehaald. Tijdens dit spitten kon je dan ook nog alle wortelonkruiden zoals kweekgras er uit vissen. Tegenwoordig weten we dat dit diepe spitten ook nadelen heeft: het is een enorme verstoring van het bodemleven. Je zet het letterlijk op z'n kop en verbreekt vele verbindingen die in de bodem bestaan, van schimmels en fijne wortelstelsels. Bovendien stop je de mest zo diep weg, dat het een hele tijd duurt voor je nieuwe planten er iets aan hebben. Diep spitten of ploegen is tegenwoordig "not done". Toch moet er iets gebeuren, zeker als je een dichte grasmat hebt. Helemaal bedekken met karton is de laatste jaren een populaire methode. Als je de begroeiing onder het karton stopt en dan bovenop het karton een laagje grond aanbrengt, vergaat het gras door gebrek aan licht. Het wordt dan door het bodemleven omgezet in humus. Het karton vergaat ook en de wortels van je nieuwe planten groeien er gemakkelijk doorheen. Als je voor de bovenlaag bovendien steriele potgrond of compost gebruikt, heb je de eerste tijd geen last van onkruid. Een mooie methode die prima werkt voor een kleine stadstuin of een moestuinbak; als je dit wilt toepassen op de schaal waarop ik werk, moet je hele vrachtwagens grond van elders aanvoeren. En dat niet 1 keer, maar elk jaar opnieuw, als je steeds met schone, onkruidvrije grond wilt werken. Dat is geen doen, kost te veel brandstof en het zou de tuin ook in korte tijd flink ophogen. Karton aanbrengen zonder de laag grond eroverheen, kan ook. Ik heb het geprobeerd op plekken waar ik al flinke planten klaar had staan om er in te zetten. Gat snijden in het karton en de plant poten in de grond die daar onder zit, water gieten, klaar. Helaas is karton niet erg bestand tegen wind en regen, dus het onkruid-onderdrukkende effect is van korte duur. Ik vond na elke windvlaag stukken karton op de gekste plekken terug. De methode die ik bij voorkeur hanteer, is afhankelijk van het weer: ik gebruik een kleine frees, in mijn geval getrokken door een kleine tuinbouwtrekker, om de begroeiing kapot te klepelen. Ik frees daarbij zo oppervlakkig mogelijk. De planten worden door de draaiende tanden losgeklepeld van hun wortels en gaan dood. In elk geval bij droog en zonnig weer. Bij nat weer met veel regen is deze methode eigenlijk niet bruikbaar, omdat de planten gewoon opnieuw wortelen. Maar gelukkig was het de laatste week precies het goede weer: droog, zonnig, met een flinke wind en vorst in de nacht. Dat overleven de graszoden niet. Ook kweekwortels die aan de oppervlakte komen, gaan op deze manier dood. Droogte is zo ongeveer het enige waar kweekgras niet tegen kan. Na een paar dagen uitdrogen kan ik dan nog een keer dieper frezen en voila: een mooi nieuw zaaibed, kaar voor gebruik.
door Thea van hoof 29 december 2024
het wilgenbosje
door Thea van hoof 5 augustus 2024
In de zomer wordt de kruidentuin beheerst door één plant, de goudsbloem. Fel oranje bloemen in lange rijen, afgewisseld met wat geel van het SintJanskruid of wijnruit, en veel groen van allerlei andere kruiden. Maar het oranje overheerst. De oogst is min of meer “binnen” maar de planten zullen nog een hele tijd bloeien. Je hoeft goudsbloem niet te gebruiken om er gezonder van te worden: alleen al het kijken naar die kleur maakt je vrolijk en dat is goed voor je! Ik gebruik goudsbloemen in diverse producten: goudsbloemzalf natuurlijk, goudsbloem huidolie maar het zit ook in littekenzalf en berken huidolie. Ik ken weinig planten die zo goed zijn voor de huid als deze! Wat er ook met de huid aan de hand is: goudsbloem is altijd goed. Geneeskrachtige planten bevatten werkzame inhoudsstoffen en sommige van die inhoudsstoffen zijn kleurstoffen: anthocyanen (blauw), flavonoïden(geel), xanthonen (ook geel). Ook in de goudsbloem is een deel van de helende werking op de huid, terug te voeren op de kleurstoffen in de plant. Daarom wil ik mijn goudsbloemen oogsten als ze zo oranje mogelijk zijn. Daarvoor kun je het beste de bloemen jong plukken: als de eerste bloemen open gaan is de kleur het meest intens. Wordt de plant wat ouder, dan wordt het oranje wat bleker. Vandaar dat ik zo jong mogelijk pluk. Als ik eenmaal genoeg geplukt heb, laat ik de planten verder hun gang gaan. Ze zullen blijven bloeien tot het gaat vriezen in het najaar, dus daar kan ik nog maanden van genieten. Goudsbloem is niet inheems in Nederland. De oorsprong ligt meer zuidelijk, in een milder klimaat zonder winterse vorstperiode. In dat klimaat kan goudsbloem het jaar rond bloeien (mogelijk is de naam Calendula afgeleid van kalender?) maar in Nederland is het een éénjarige, die in de winter verdwijnt. Op beschutte plekken in de bebouwde kom zie je ze wel eens overwinteren, maar hier in het open veld is dat nog nooit gebeurd. Geen nood: al die bloemen vormen heel veel zaden, die na de winter vanzelf kiemen. Meestal is het niet nodig om goudsbloem te zaaien in het voorjaar: dat heeft de plant zelf al gedaan. Maar ja, ik ben een tuinvrouw en ik wil graag zelf bepalen welke plant wáár komt te staan. Ik moet er ook langs kunnen lopen om te plukken, dus een paadje naast de goudsbloemen is belangrijk. Uiteindelijk zaai ik dus toch zelf, netjes in rijen. Of ik spit de spontaan opgekomen plantjes uit en plant ze in een rij terug op de plek waar ik ze hebben wil. Dit jaar liep het wat anders: door de nattigheid zijn er (nog steeds!) erg veel slakken die graag eten van pas ontkiemde goudsbloemplantjes. Ik heb tot drie keer toe opnieuw moeten zaaien. Pas toen het een paar dagen achter elkaar niet regende zodat het voor de slakken wat moeilijker wordt om overal naar toe te kruipen, kregen de goudsbloemplantjes de kans om dóór te groeien. En werd de tuin alsnog een feest van kleur.
door Thea van hoof 6 juni 2024
tuinieren na de zondvloed
door Thea van hoof 15 maart 2024
dilemma
door Thea van hoof 29 december 2023
midwinter 2023
door Thea van hoof 3 november 2023
Herfst in de kruidentuin
door Thea van hoof 3 augustus 2023
Tuinieren in een ouderwetse Nederlandse zomer
door Thea van hoof 13 juni 2023
enkele principes uit de permacultuur in de kruidentuin
door Thea van hoof 27 maart 2023
Betula alba
Meer posts